Een bijzondere nacht. (Enige tijd terug, maar waar gebeurd). Waar slaap ik? . Ik had gehoopt dat ze zou zeggen, ‘nou gewoon naast mij’. Helaas bleek ze die hoop niet te delen. Mijn gedachten gingen terug naar vorig jaar. Samen hadden we op hetzelfde huis van haar vriendin gepast als dat van nu en het echtelijk bed bezoedeld. Na een jaar vol veranderingen leek alles dan toch echt voorbij. Desondanks had ik de belofte gedaan een paar dagen langs te komen om samen wat te fietsen en te wandelen. IJdele hoop of verwerking van het proces? Wie het weet mag het zeggen. Toen ze me de logeerkamer liet zien, wist ik zeker dat de laatste strohalm in vlammen was opgegaan. Erg vond ik het niet. Een hele heftige klik was er nooit echt geweest. Maar desondanks had ik er geen moeite mee ehad nog een paar nachten lekker tegen elkaar aan te liggen. Een lekkere wip als afscheid was mijns inziens een mooie afronding geweest. Ik kon niet anders dan me er snel bij neer te leggen. Mijn tas zette ik op de grond van de logeerkamer, sprong ter toetsing even op het tweepersoonsbed en liep daarna naar beneden om samen als vrienden het dorp in te gaan. Na een avond vol eten en drinken keerden we rond de klok van half twaalf terug en zochten direct ons beider slaapplaats op. Bevangen door de drukte van de dag en de nodige wijn, kreeg de slaap direct vat op me. In het midden van de nacht werd ik met een schok wakker. Mijn hart bonkte in mijn keel. Onzeker keek ik om me heen om te ontwaren waar ik zo plots door was ontwaakt. Hoewel het duister voor de nodige belemmering zorgde, bracht de lucht van alcohol en de diepe ademhaling me snel tot de juiste conclusie. Tot mijn grote verbazing lag er geheel onverwacht iemand naast me. Ik krabde op mijn hoofd en tilde voorzichtig mijn hoofd iets op. De verlichtte weker gaf 4.17 uur aan. Draaiend op mijn zij probeerde ik iets te ontwaren van de onverwachte schim. Zou ze zich hebben bedacht? Haar kennende kon ik het me niet voorstellen. En dergelijke zoektocht naar toenadering was al helemaal niets voor haar. Maar wie zou dat dan wel kunnen zijn? Eén of andere kerel? Bij de gedachte aan een homo zou ik als super hetero onmiddellijk het bed uit zijn gerend. Maar zolang er onduidelijk bestond trok ik geen overhaaste conclusies. Opnieuw draaide ik mij in de richting van de onbekende. De duisternis gaf echter niks prijs. Zo ook niet de onbekende. Als door een hamer geslagen lag deze als een blok in het bed. Gespannen probeerde ik te achterhalen wie toch deze vreemdeling zou kunnen zijn. Er drong zich een uitermate eenvoudige methode in mij op. Ik zou mij op het haar richten. Hopelijk kon ik daar iets van afleiden. Zodoende gleed mijn linkerhand zorgvuldig naar de plaats van bestemming. De eenvoud leerde al snel dat het kussen rijkelijk was toebedeeld aan een bos vol hare. Ik voelde eraan en had het vermoeden dat het om een vrouwspersoon ging. Maar helemaal zeker was ik niet. Voorzicht haalde ik mijn neus er langs. Het enige wat ik aan de geur kon ontlenen, was de reuk van rokerigheid. Ik voelde me genoodzaakt mijn zoektocht te intensiveren. Immers mannen kunnen ook rokerige, lange haren hebben. Met kloppend hart bekroop mij de gedachte mijn hand te gebruiken als meetinstrument. Maar stel dat het een vrouw zou zijn. Zou ik het durven? En zo ja, wat als ze wakker wordt? Vertwijfeld draaide ik me weer op mijn zij. Echter hoe langer ik erover nadacht, hoe groter de drang werd tot actie. Beetje bij beetje won de hang naar nieuwsgierigheid het van de angst. Zo legde ik mijn hand op de zijkant van het lichaam en gleed voorzichtig van boven naar beneden. Opnieuw ging mijn hart als een bezetene te keer. Niet omdat de persoon begon te reageren, maar omdat dit wel degelijk een vrouwspersoon was. Maar wie? De vrouw des huizes kon het niet zijn, die was met haar man op vakantie. Wacht ens. Opeens schoot me iets te binnen. God. Dat zou natuurlijk kunnen! Maar die hadden toch een andere kamer? Vorig jaar had ik uitvoerig met de jongste telg gesproken. Ze had net een nieuw vriendje, was begonnen aan een studie medicijnen en zou op kamers gaan. Haar zus was al een paar jaar eerder verhuisd naar Groningen. Zou het één van hun dochters zijn? Als dat zo was, dan lag ik nu gewoon naast een lekker jong ding van twintig of vier en twintig. Onvoorstelbaar. Dat gebeurd toch ook niet iedere dag. Zo hinkte ik op twee gedachte. Mijn verstand zij dat ik beter de kamer kon verlaten en naar de zolder kon vertrekken of naar de huiskamer op de bank. Maar mijn gevoel dacht er anders over en kluisterde me aan het bed. In mijn geest riep ik haar terug en zag haar voor me. Als zij het was herinnerde ik me haar nog goed. Een mooie brunette. Ze lag toen in bikini in de tuin. Had een tijd gezellig met haar zitten praten en haar vol bewondering gevolgd in haar gang naar de keuken en weer terug. Lekkere billen en en paar stevige borsten. Opnieuw begon mijn hart zwaarder te kloppen. En dat stuk lag nu mogelijk naast me? Kon het gewoon niet geloven.